‘Waterpolo is een superleuke sport’

Wie een B diploma heeft kan vrijblijvend een keer meetrainen. Jeffrey Korte Media

‘Waterpolo is een superleuke sport’, vindt Paul Metz. De oud-bondscoach van de waterpolovrouwen is maandagavond in Emmeloord voor een clinic. Bert Vos, voorzitter van Zignea, faciliteert de avond met alle plezier: ‘Een mooi initiatief en een leuke manier om de jeugd enthousiast te maken.’

Enkele tientallen jonge waterpoloërs van Zignea en de Zuiderzeezwemmers uit Dronten, waarmee de club uit Emmeloord een samenwerkingsverband heeft, luisteren naar de wijze lessen van Metz, die na de theorie ruim de tijd neemt om een training te verzorgen. Metz was twintig jaar geleden jarenlang aan de nationale vrouwenselectie verbonden en was in een later stadium manager talentontwikkeling bij de nationale zwembond. Hij organiseert waterpolokampen en geeft soms clinics. Metz is een man met een missie. ‘Topsport kan niet zonder breedtesport.’

Kampen en gastlessen

Dus organiseert hij kampen en geeft hij gastlessen bij clubs. Bij Zignea doet Metz dat op een prettige manier. De oud-topcoach gebruikt filmmateriaal om zijn verhaal kracht bij te zetten en betrekt constant zijn publiek, dat ook uit ouders en kader van Zignea bestaat, bij de les. Maar het grootste deel van de clinic is natuurlijk ingeruimd voor een training in het water. ‘De kampen en de clinics hebben één doel: sportstimulering’, aldus Metz. ‘Waterpolo is een totaalbeleving: je leert samenwerken, voor je conditie is het goed, je krijgt discipline bijgebracht, je leert beter zwemmen en je maakt vrienden.’

Zignea kwam met Paul Metz in aanraking, doordat Niels Brinks (8) afgelopen zomer deelnam aan een waterpolokamp. ‘Niels was er heel enthousiast over’, vertelt zijn moeder Annette. Als vervolg op het kamp zouden ze naar een waterpolodag in Zeist gaan, maar dat feest ging niet door. Paul Metz bood vervolgens aan naar Emmeloord te komen voor een clinic. Zo gezegd, zo gedaan. ‘We proberen op deze manier waterpolo onder de aandacht te brengen en kinderen zo enthousiast te krijgen, dat ze op waterpolo gaan’, zegt Annette Brinks.

Geen kleine sport

Wie het idee heeft, dat waterpolo een kleine sport is: dat idee is onjuist. Elk weekend organiseert de Nederlandse zwembond zo’n 700 wedstrijden, variërend van wedstrijden voor de jongste jeugdleden tot wedstrijden voor 50-plussers. Nederland kent zo’n 10.000 waterpoloërs in het bezit van een licentie in de leeftijd tot 20 jaar. In de Noordoostpolder houdt het aantal jeugdwaterpoloërs niet over, al trekt het volgens Bert Vos iets aan. Bij de jongste jeugd vormen Niels Brinks, Tom van der Linde en Max Baas van Zignea met een paar jongens uit Dronten een team, dat competitie speelt.

Zignea kan dus nog heel goed aanwas gebruiken in de jongste categorie. De samenwerking met de Zuiderzeezwemmers uit Dronten is volgens Zignea-voorzitter Bert Vos bittere noodzaak. ‘We willen als club de leden natuurlijk wel wedstrijden in competitieverband kunnen aanbieden.’ Over en weer wordt de samenwerking tussen de twee clubs hogelijk gewaardeerd. ‘Dat gaat hartstikke goed’, zegt Vos. Om jonge leden aan zich te binden doet Zignea altijd mee aan de scholierensport. ‘Er blijven er altijd wel een paar hangen.’

Voor de laatste keer?

Het scheelde niets of Zignea had dit seizoen niet meer beschikt over een mannenselectie. ‘Het leek er op, dat we in april voor de laatste keer een competitiewedstrijd speelden. Dat deed pijn’, zegt Vos. Hij trok nog een keer alle registers open en deed een beroep op zijn netwerk. Resultaat: genoeg mannen voor twee teams. Maar goed, dat gedoe wil je natuurlijk voorkomen. En dus is het belangrijk om jonge gasten enthousiast te krijgen voor waterpolo. Dus ruim baan voor expert Paul Metz en voor de jonge waterpoloërs, die aan zijn lippen hangen.

Bert Vos ziet het allemaal met plezier aan. ‘Geweldig, deze clinic. De jeugd enthousiast maken is heel belangrijk.’ Kinderen met een A- en B-diploma kunnen zich aanmelden via waterpolo@zignea.nl. De eerste vijf keer kun je gratis meetrainen.


Nieuws

menu